1
O! hoe duister, hoe ontzettend, zielsverscheurend, hartverplettend was dat schrikwekkend uur, toen het vlekloos Lam geslacht werd, en de losprijs aangebracht werd, der gevangen creatuur*! *schepsel(en)
2
Zalig, die in Hem geloven! O! bestraal ons hart van boven. Geest der Waarheid! God van heil! Dat mijn ziele zich verlieze, (dit's het deel, dat ik verkieze!) in die liefde zonder peil!
3
Looft, o Sion! Prijst uw Heere! De aarde luister', 't Lam ter ere, naar uw heilig psalmgebruis! Looft Hem, die de hel verplette! Looft Hem, die Zijn volk ontzette! Looft uw Koning aan het kruis!
4
In het kruis zal 'k eeuwig roemen! en geen wet zal mij verdoemen; Christus droeg de vloek voor mij! Christus is voor mij gestorven, heeft gena voor mij verworven; 'k ben van dood en zonde vrij!