Wim ter Burg (1914–1995)
|
1
Er is geen plaats, er is geen plaats, Zacheus is te klein. Maar haastig klimt hij in een boom, om er toch bij te zijn.
| 2
Daar zit die kleine tollenaar, daar zit hij, hoog en droog. De mensen kunnen hem niet zien, maar Jezus kijkt omhoog.
| 3
Zacheus, waarom schuil je weg, zo angstig als een muis? Zacheus, kom vlug uit je boom en breng Mij in jouw huis.
| 4
Zacheus gaat met Jezus mee, de mensen zijn verrast. Zacheus is een tollenaar, en Jezus is zijn gast.
| 5
Want Jezus, die de mensen kent, Hij roept ze bij hun naam: De ware Zoon van Abraham laat niemand buiten staan! |
|